Rivieren, riviermonden en beken:
Rivieren en
beken hebben meestal een bochtig en kronkelend verloop, maar door de
jaren heen werden ze vaak gekanaliseerd en is het oorspronkelijke
uitzicht verloren gegaan.
Bij dit kanaliseren kwamen heel wat van de bochten naast de nieuwe
waterloop te liggen en kregen in veel gevallen een bestemming als
visvijver. Het voordeel hiervan was dat er geen scheepvaart was en de
waters ook minder onderhevig waren aan vervuiling.
Beken zijn de kleinste stromende waterlopen, vertonen vaak ook dat
slingerende patroon en hebben meestal een zanderige bodem. Naargelang de
beek snel of traag stromend is, zal ook het visbestand variëren.