Baars.
Familie indeling
|
Percidae |
Wetenschappelijke naam
|
Perca fluviatilis |
Bijnaam
|
|
Buitenlandse namen
|
Perch (GB)
Perche fluviatile (Fr)
Barsch (D) |
Afbeelding
klik op foto voor grotere afbeelding
|

|
Max. Lengte (M/F)
|
60
cm |
Max. Gewicht
|
5 kg
|
Max.
Leeftijd
|
10
jaar |
Typische kenmerken
|
Aan
het einde van de eerste rugvin een zwarte vlek.
Aan de zijde 6 tot 9 donkere dwarsbanden.
Buikvinnen en aarsvin roodachtig. |
Vindplaats
|
In
vrijwel iedere rivier, plas, beek of vijver kan de baars zich
staande houden. Helder water is noodzakelijk omdat de baars een
rover is die op het zicht jaagt. Ook in 'mild' brakwater kan de
baars goed overleven.
De kleine baarzen scholen overdag samen. Als
de avond valt, valt ook de school uit elkaar en verblijven de
baarzen tijdens de nacht op de bodem in een klein kuiltje of
verscholen achter een voorwerp dat op de bodem ligt.
Waterplanten, maar zeker ook in het water hangende takken of
onderwater groeiende wortels, worden als schuilplaats gebruikt.
Als de dag aanbreekt schoolt ook de groep weer samen. Wanneer
de baarzen ouder worden, worden ze semi-solitair. Ze vinden het
dan niet erg om alleen door het leven te gaan, maar zoeken toch
regelmatig het gezelschap van soortgenoten op. Het zijn dan
nooit meer zulke hechte scholen als in hun jeugd en pubertijd |
Uiterlijk
|
Het
uiterlijk van de baars zal voor weinig vissers een onbekende
zijn. Het vrij hoge lichaam is grijsgroen tot geelgroen. De rug
is
wat donkerder dan de buik. Over de rug en de flanken lopen 5 tot
9 zwarte streken die soms samensmelten. De twee rugvinnen
hebben een opvallend verschil. De voorste rugvin is rond met aan
het einde stekelige uitsteeksels. De achterste rugvin in
vierkant.
De borst- en buikvinnen, de aarsvin en de staartvin zijn
geeloranje tot fel rood. Dit kleur verschil licht voor een groot
gedeelte aan het seizoen. de grote ogen zijn bruin van kleur en
de pupil is omgeven door een oranje cirkel. In zijn bek staan
heel
wat scherpe tanden.
Niet beschermd. |
Voortplanting
|
De
paaitijd is van maart tot juni.
Het kuit wordt in lange, kleverige snoeren afgezet. Deze blijven
tussen de waterplanten hangen. De snoeren zijn 1 tot 2 meter
lang en 1 tot 2 cm breed. Tot 300.000 eitjes. Het broed wordt
niet bewaakt, temeer omdat de eitjes giftig zouden zijn voor
andere vissen.
Na 2 jaar zijn ze geslachtsrijp.(man) Ze hebben dan een lengte
van
15 cm. De vrouwelijke exemplaren zijn dit na 3 jaar met een
lengte van 20 cm.
De jonge dieren leven in scholen , oudere baarzen leven het
liefst
solitair. |
Voeding
|
De
baars is een roofvis en op latere leeftijd zelfs een kannibaal.
De kleine pootvissen eten vooral dierlijk plankton, kleine
kreeftjes
of watervlooien. Wanneer ze 20cm groot zijn beginnen ze visjes
te vangen en vergrijpen zich dan zelfs aan soortgenoten die
toevallig voor hun bek komt. Wanneer ze deze lengte bereiken
ligt sterk aan de hoeveelheid dierlijk plankton dat in hun
omgeving voorhanden is. Zij er veel baarzen dan vertraagt hun
groei en zullen ze nooit hun normale lichaamslengte bereiken. |
top
terug naar vissoorten in
Vlaanderen