Blankvoorn.

Familie indeling

Cyprinidae

Wetenschappelijke naam

Rutilus rutilus

Bijnaam

Ruts

Buitenlandse namen

Roach, (GB)
Gardon (Fr)
Plötze (D)

Afbeelding
klik op foto voor grotere afbeelding

Max. Lengte (M/F)

45 cm

Max. Gewicht

2 kg

Max. Leeftijd

14 jaar

Vindplaats

Bijna in ieder zoetwater in Europa en dus ook in België.
Zowel stilstaand als stromend water, zelfs in snelstromende wateren. Troebel water is geen probleem.
Gedraagt zich vaak als schoolvis, vooral bij het zoeken naar voedsel.
Hij is redelijk bestand tegen vervuiling en past zich snel aan aan de omstandigheden. Ook lage zuurstofconcentraties worden goed verdragen.

Minimum maat: 15 cm

Uiterlijk

De voorn is een langwerpige vis die aan de beide zijkanten lijkt
platgeslagen. Hij heeft geen echte torpedovorm omdat de rug
enigszins rond is.
De bek is eindstandig.
De kleur van het lichaam is op de rug donker met
een glans van blauw en groen. Naar de buik toe wordt de kleur
steeds lichter. De vinnen zijn bij de staart roodachtig maar richting
de kop rossig en zelfs doorzichtig.
De Blankvoorn is aan 1 belangrijk lichaamskenmerk te
onderscheiden van andere soorten. De ogen van een blankvoorn
zijn duidelijk rood.
De rugvin en de buikvin staan precies over mekaar.
De mannetjes hebben in de paaitijd veel 'gerstekorrels' op hun
lichaam, vooral op de kop. Dit zijn gele wratachtige uitgroeisels
van de schubben.
De vis leeft in scholen.

Voortplanting

April tot juni.
De blankvoorn is de meest voorkomende vis in het zoete water van
europa. Het zijn zeer succesvolle vissen. Er zijn voorbeelden
bekend waarin een blankvoornpopulatie binnen 5 tot 15 jaar een
geheel stuwmeer in beslag hebben genomen. Dit is ook niet
verwonderlijk als je bedenkt dat een blankvoorn met twee of drie
jaar al geslachtsrijp is .
Ieder  vrouwtje legt tussen de 100.000 en 2400.000 eitjes per jaar
per kilo
van haar eigen lichaamsgewicht. Dat komt neer op 50.000 tot
100.000 eitjes per vrouwtje.
Ze paaien in ondiepe gedeeltes van het water vlak bij de
waterkant. Ze zetten daarbij hun kuit en hom af op waterplanten,
boomwortels, keien en kiezelsteentjes.
Het is er een gezellige bedoening. Niet alleen blankvoorns doen
het in die periode op deze plaatsen, ook andere karperachtigen
nemen plaats in dit gezelschap. Je kunt je voorstellen dat hierdoor
in korte tijd regelmatig kruisingen ontstaan tussen soorten. We
noemen dit hybriden. Het nadeel bij dit verschijnsel is dat de
verschillende soorten niet gemakkelijk meer uit elkaar te houden
zijn. Het voordeel is dan weer dat deze kruisingen niet vruchtbaar zijn en niet kunnen zorgen voor nakomelingen.
Na 1 jaar hebben ze een lengte tussen de 5 en 7 cm. Na 3 à 5 jaar worden ze geslachtsrijp en hebben dan een lengte van 15 cm.
De mannetjes zijn eerder geslachtsrijp dan de vrouwtjes.

Voeding

De blankvoorn eet voornamelijk dierlijk plankton. Verder is bekend
dat hij zich tevens te goed doet aan insecten, plantendelen en
afval. De blankvoorn is een belangrijke schakel in de voedselketen
van een plas. Veel roofvissen en roofvogels vullen hun menu met
sappige blankvoorntjes. Ook de mens weet hier en daar wel raad
met deze vissoort. Vooral in Oost-Europa wordt er commercieel op
de blankvoorn gevist.

 

top        terug naar vissoorten in Vlaanderen