Brasem.
Familie indeling |
Cyprinidae |
Wetenschappelijke naam |
Abramis brama |
Buitenlandse namen |
Bream (GB) Brème (Fr) Brachsen (D) |
Afbeelding |
|
Max. Lengte (M/F) |
90 cm |
Max. Gewicht |
9 kg |
Max. Leeftijd |
17 jaar |
Typische kenmerken |
Hooggebouwde vis maar zijdelings erg plat. Donkere vinnen. Borst en buikvinnen staan recht onder elkaar. Uitstulpbare en onderstandige bek. |
Vindplaats |
De
brasem is echt een vis van onze streken. Hij komt vrijwel in iedere plas in ons land voor. Of het nu langzaam stromend water, een kunstmatig waterbekken, meren of zandgaten zijn. Hij voelt zich er thuis. Hij is zo weinig kieskeurig dat hij zelfs in brak water zijn weg vindt. Hij houdt ook van een sliprijke bodem en nog meer van troebel water. Niet beschermd. |
Uiterlijk |
De
brasem is een vis die gemakkelijk wordt verward met de kolblei.
De kleur van de brasem geeft een aardige indicatie over de juiste herkenning. De brasem heeft een hoge rug die bovenop donkerblauw tot zwart is en over de flanken verloopt via grijs met een groene gloed naar groezelig wit tot gelig op de buik. De brasem is een grote vis met een gemiddelde lengte van 35 tot 45cm. Het lijf is hoog en bij de flanken afgeplat. De hoge rug loopt tot bijna aan de kop door. de kop is naar verhouding klein. Bij de overgang van de rug naar de kop is er daarom een duidelijke knik die zich voordoet als een bochel. Erg kenmerkend voor de brasem is de uitstulpende mond waarmee hij zijn voedsel als het ware van de bodem schept. De staartvin, de rugvin en de aarsvin zijn grijszwart, de overige vinnen zijn iets lichter van kleur. |
Voortplanting |
Mei
tot juli. In normale omstandigheden wordt de brasem na 5 tot 6 jaar geslachtsrijp. De kraamkamer bevindt zich voor de 50.000 tot 350.000 eitjes op kiezelachtige bodems of op waterplanten. De eieren komen na ongeveer 3 dagen uit. Zowel de ontwikkeling van het embryo als van de pootvissen en de volwassen exemplaren zijn afhankelijk van temperatuur en voedselaanbod. Komen de eitjes bij 18°C al na drie dagen uit, bij 15°C duurt het wel twee weken. De gemiddelde brasem kan ongeveer 45cm worden. In zeer gunstige omstandigheden met een overvloed aan voedsel liggen de groeikansen tot wel 90cm. Na 1 jaar zijn ze ongeveer 7 cm en na 2 jaar is dit al 12 cm. De mannetjes paaien vaak met meerdere vrouwtjes en hebben een typische paaiuitslag op de kop. |
Voeding |
Het
voedsel van pootvisjes bestaat uit dierlijk plankton. Door de typische bek jaagt de brasem vooral op de bodem naar levende insectenlarven, slakken, kreeftachtige, wormen en weekdieren. Hij is in staat om met zijn uitstulpbare bek het voedsel uit de modder te zuigen, het te laten passeren via zijn goed ontwikkelde kieuwzeef en de rest terug uit te spuwen of via de kieuwopeningen te verwijderen. Bij gebrek aan voedsel vergrijpen ze zich aan afval, plantendelen en modder. |