Kopvoorn.
Familie indeling
|
Cyprinidae |
Wetenschappelijke naam
|
Leuciscus cephalus |
Bijnaam
|
|
Buitenlandse namen
|
Chub (GB)
Chevaine (Fr)
Döbel (D) |
Afbeelding
|

|
Max. Lengte (M/F)
|
65 cm |
Max. Gewicht
|
8 kg |
Max.
Leeftijd
|
22 jaar |
Typische kenmerken
|
Langgerekt, cylindrisch lichaam en
dus een perfecte stroomlijn.
Grote, zwartgerande schubben.
Platte kop met grote bek.
Bolronde anaalvin.
Eindstandige bek. |
Vindplaats
|
Eerder zeldzaam in onze waters.
Heeft zuurstofrijk water nodig.
Vooral in snelstromend water.
Leeft in scholen en azen vaak net onder het wateroppervlak.
Op oudere leeftijd gaat hij eerder solitair leven.
Minimum maat: 25 cm. |
Uiterlijk
|
Donkere rug met groenige glans.
Zilverachtige flanken en witte buik. |
Voortplanting
|
April tot juni.
Mannetjes vertonen dikwijls paaiuitslag.
Gebeurt in stromend water en de eitjes (100.000-200.000)
worden op planten of stenen afgezet. Eitjes zijn geeloranje. |
Voeding
|
Voedt zich met zowat alles.
Insectenlarven, weekdieren
planten, kleine kreeftachtigen en zelfs kleine vis.
Het is echter geen typische roofvis. |
top
terug naar vissoorten in
Vlaanderen