Serpeling.
|
Familie indeling |
Cyprinidae |
|
Wetenschappelijke naam |
Leuciscus leuciscus |
|
Bijnaam |
|
|
Buitenlandse namen |
Dace (GB) Vandoise (Fr) Hasel (D) |
|
Afbeelding afbeelding |
 |
|
Max. Lengte (M/F) |
40 cm |
|
Max. Gewicht |
1 kg |
|
Max. Leeftijd |
16 jaar |
|
Typische kenmerken |
Kleine bek die onderstandig is. Bleekgele ogen. Grotere schubben dan winde. Minimum maat: 25 cm. |
|
Vindplaats |
Zeldzamer in onze streken. Leeft in zuurstofrijk water. Het is vooral een rivier- en beekvis waar stroming te vinden is. Zit graag aan de oppervlakte en liefst in grote scholen. |
|
Uiterlijk |
Zilverachtige vis met witte buik en
soms rug die wat donker is. Lichaam is langgerekt met bleke tot grijze vinnen. |
|
Voortplanting |
Maart tot mei. Paait in stromend ondiep water. De eitjes hebben steeds veel zuurstof nodig. Flauwgeel tot oranje eitje worden op stenen afgezet. |
|
Voeding |
Is een alleseter. Zowel plantgoed
als insecten en dit aan de oppervlakte of in de diepte. |